Martine Koopman: ”De sportraad als verbinder op sporten en bewegen in Rijswijk”

Na de gemeenteraadsverkiezingen was er niet alleen een ‘wisseling van de wacht’ binnen de Rijswijkse gemeenteraad. Naar nu blijkt heeft ook het stoppen van D66-raadslid Martine Koopman en de start van Remco van Nunnikhoven als nieuw raadslid voor Beter voor Rijswijk een verschuiving van politiek naar sportbestuur en vice versa op gang gebracht. Martine Koopman is de nieuwe voorzitter van de Rijswijkse sportraad.

Martine Koopman, die momenteel door voornamelijk Duitse en Engelse instellingen wordt ingehuurd om projecten in Afrika op te zetten, stopte na twee jaar deelgemeenteraad Feyenoord  en na acht jaar Rijswijkse gemeenteraad met de politiek. Een bewuste keuze: “Het bevalt me prima. Tien jaar in de gemeentepolitiek. Ik heb het altijd leuk gevonden en me voor de volle procent ingezet. Maar zoiets moet je niet te lang doen. Er komt nu ruimte voor andere mensen en ik kan mijn energie in andere zaken steken. Mijn werk in ontwikkelingslanden heeft daar ook mee te maken. Ik wil graag mensen helpen om een stap verder te komen.”

Na het opstappen van voorzitter Bas Contant bij de Rijswijkse sportraad neemt Martine Koopman nu de voorzittershamer over. “Ik heb er met Bas en met Remco over gesproken. Remco sprak met zoveel passie hierover dat ik geïnteresseerd raakte. Ik wilde na mijn terugtreden uit de Rijswijkse gemeenteraad op maatschappelijk gebied wat blijven doen voor Rijswijk. Ik heb op een redelijk niveau gehockeyd en sport is mijn passie. Ik wilde eerst penningmeester worden in de sportraad, maar er vielen een aantal mensen weg en de vraag kwam wie er voorzitter wilde worden. Ik vond dat ik met mijn bestuursachtergrond wellicht de verbindingen kan maken als voorzitter tussen de sport en de gemeente.”

Verbinding 
“We gaan met de Sportraad werken met vier aandachtspunten. Inclusief sporten op eigen niveau, zorgen voor een positief en veilig sportklimaat, gezonde clubs met goed bestuur, voldoende vrijwilligers en betaalbare contributies en faciliteren dat je je leven lang kunt bewegen. We hebben extra aandacht voor de sport- en beweegfaciliteiten in de nieuwe wijken. Die plannen gaan we niet zelf uitvoeren. Wij willen de verbinding leggen tussen gemeente, sport- en beweeg aanbieders en landelijke ontwikkelingen. Samen met de sporters en sportclubs willen we kijken waar behoefte aan is.”


Drie leden van het (dagelijks) bestuur van de Rijswijkse Sportraad

De Rijswijkse Sportraad bestaat inmiddels zo’n vijf jaar. Begonnen als een klankbordgroep die meepraatte over de eerste nota Sport en Bewegen. “Die groep is toen de sportraad geworden”, vervolgt Martine. “ Momenteel zijn we bezig om de huidige sportnota te herijken. Wij geven gevraagd en ongevraagd advies aan de gemeente Rijswijk over sport en bewegen. De leden van de sportraad zitten er op persoonlijke titel en niet uit naam van een club. Wij willen naar gedeelde belangen en signalen kijken, zodat we die kunnen agenderen. We proberen zeker niet alles beet te pakken, maar focussen ons op zaken waar we het verschil kunnen maken.”

Gezond
“We denken ook na over andere modellen om sportclubs gezond te houden. We zien ledenaantallen teruglopen. Daarom moet je misschien op een andere manier naar lidmaatschap kijken, bijvoorbeeld aan een soort abonnementsvorm. Wil je gebruik maken van de wielerbaan, dan gebruik je de knipkaart. We kijken naar verschillende modellen. Niet alles wat elders werkt, werkt ook in Rijswijk. Dus zeker ook kijken of het toepasbaar is in onze gemeente. Het is voor ons wel een wens om met een sport- en beweegkaart te komen, zodat nieuwe inwoners direct kunnen zien wat het aanbod is in Rijswijk.”

“We hebben momenteel te maken met een sportnota die er al ligt en loopt tot 2030. Wij denken eraan om zaken die gerealiseerd kunnen worden voor 2025 hoger op de agenda te zetten. En daarna kijken wat er voor 2030 noodzakelijk is. We hebben te maken met een overkoepelend belang. Wat werkt er voor de verschillende sportclubs? Moeten sportclubs wensen neerleggen bij de gemeente of gaan ze zelf samen naar oplossingen zoeken? Wij willen daar als sportraad bij helpen.”