Column: Sociaal ondernemen in Rijswijk, dat kan je duur komen te staan
Je zal maar een ruim (sport)hart bezitten en een mooi gemeentelijk sportpark voetbal overeind willen houden. Zo iemand is Hans Lammertink. Een hoekige ondernemer. Ruwe bolster, blanke pit. Grote mond, maar met een hart van goud. Afspraak is afspraak! En daar moet je niet mee willen sjoemelen. Dan heb je een probleem. En die problemen zijn er inmiddels wel gekomen. Problemen tussen Lammertink met de Stichting Exploitatie Sportpark Prinses Irene versus de gemeente Rijswijk.
Na het faillissement van de grote voetbalclub Haaglandia, kwam Sportpark Prinses Irene, zonder voetbal te zitten. Een sportpark waar in betere tijden wel 11 voetbalclubs hun thuis hadden. De gemeente wilde voor de opstallen niet bieden wat de curator voor de opstallen eiste. Lammertink bood dat bedrag wel. Hij had daarbij voor ogen om de oude Rijswijkse glorie op het sportpark weer in ere te herstellen. Dit alles natuurlijk met de goedkeuring van de gemeente Rijswijk. En zo werden de opstallen, zoals de grote multifunctionele kantine, tribune, scorebord, loket-kantoortje en de kleedkamers, eigendom van Lammertink. Afgesproken werd dat een stichting de verhuur van de voetbalvelden en kleedkamers voor hun rekening zou nemen. De gemeente zou toezicht houden op de hoogte van de huurtarieven. De in problemen verkerende Haagse voetbalclub Celeritas sloot vervolgens in 2018 een overeenkomst met de Stichting Exploitatie Sportpark Prinses Irene, en kreeg zo een plek op dat sportpark.
De gemeente sprak de wens uit dat het gebouw, naast sport, ook een multifunctioneel karakter zou krijgen. Het ‘Clubhuis van de toekomst”. Een gebouw waar verenigingen en buurtorganisaties terecht zouden kunnen. Waar mensen elkaar kunnen ontmoeten; kortom een gebouw waar ook sociaal maatschappelijke activiteiten kunnen plaatsvinden. Bij de feestelijke opening van het toen vernieuwde hoofdveld benadrukte toenmalig wethouder Lugthart: “Dat dit soort activiteit door de gemeente wordt toegejuicht en van harte zal worden ondersteund. Een langdurige overeenkomst tussen stichting en gemeente was slechts een kwestie van tijd”. Het kan verkeren.
De gemeente wil van Lammertink af. De gemeente heeft het opstalrecht opgezegd. Lammertink weigert hiermee akkoord te gaan. De reden volgens de gemeente? “Het gedoe met deze man kost ons veel te veel tijd, dat moet maar eens afgelopen zijn”. Een nogal knullige bejegening. Want waaruit dat “gedoe” bestaat, volgt hierna.
Eerder gemaakte afspraken, tussen Celeritas en de Stichting, werden herhaaldelijk door Celeritas ter discussie gesteld. De inmiddels gegroeide club begon meer eisen te stellen, zulks tot ongenoegen van de Stichting en Lammertink. Afspraken, ook die werden herbevestigd, werden door Celeritas keer op keer niet nagekomen. En na elke “discussie” daarover, zocht de club de gemeente op. De gemeente, kennelijk het “gedoe” zat, besloot daarop, tegen elke afspraak in en zonder hoor van de Stichting, om de verhuur uit handen van de stichting te halen.
Bemiddeling door een voormalig Rijswijkse wethouder liepen steevast uit op niets. Dit omdat de gemeente na bereikte overeenstemming, daarop de goedkeuring vroeg bij de voetbalclub, die gemaakte afspraken weer ontkenden.
Recent bleek de gemeente ook de verhuur van de velden aan derden, in handen te hebben gegeven van Celeritas. De stichting, boos op deze handelswijze van de gemeente Rijswijk, stopte daarop de verhuur van hun kleedkamers aan Celeritas. Gemeente Rijswijk bood de club toen onderdak aan in Sportcentrum De Schilp. Een ronduit onsportieve handelswijze van de gemeente Rijswijk. In plaats van te de-escaleren, gooide de gemeente hiermee olie op het spreekwoordelijke vuur. Lammertink hielp, zonder hulp van de gemeente ten tijde van de coronacrises, Celeritas het hoofd boven water houden. Daarmee nam Lammertink gedurende bijna twee jaar, wel de financiële vaste lasten voor zijn rekening, zonder dat daar ook maar enig financiële inkomsten tegenover stonden.
Gemeente Rijswijk heeft de Stichting nu voor de rechter gedaagd. Doorgaans doet een gemeente zoiets als er een voorgenomen bouwplan voor zo’n locatie ligt en de huurder niet wil meewerken. Dat is hier niet aan de orde. Hier is sprake van een gemeente die zich als een klein kind gedraagt. Een gemeente die samenwerking niet heeft bevorderd. Integendeel. De gemeente heeft de zaak verder op de spits gedreven. Door de opstelling van de gemeente kent deze zaak nu alleen verliezers. Een handelwijze, een gemeente onwaardig.
Dick Jense sr.