Gemeente Rijswijk verliest kort geding tegen Stichting Beheer Exploitatie Sportfaciliteiten Rijswijk; gemeente in hoger beroep en start bodemprocedure

De gemeente Rijswijk is door de rechtbank in het ongelijk gesteld aangaande het kort geding tegen de Stichting Beheer Exploitatie Sportfaciliteiten Rijswijk. De gemeente eiste ontruiming van de opstallen op het Sportpark Prinses Irene vanwege een dringend belang om vrij te kunnen beschikken over de gebouwen op het Rijswijkse sportpark aan de Schaapweg.

De gemeente heeft aangegeven in hoger beroep te gaan tegen deze uitspraak en ook een bodemprocedure te starten om de rechtbank vast te laten stellen dat het opstalrecht en de huurovereenkomst met Stichting Beheer Exploitatie Sportfaciliteiten per 1 augustus 2024 beëindigd zijn. Dit kan niet via de kantonrechter.

De rechtbank heeft in het vonnis aangegeven dat het dringend belang niet is aangetoond en daarom hoeft de stichting niet te verkassen. Aan deze zaak ligt een langlopend conflict ten grondslag tussen de Stichting Sportpark Prinses Irene aan de ene kant en aan de andere kant de gemeente Rijswijk en de voetbalclub Celeritas die over de velden mag beschikken. De velden zijn in het bezit van de gemeente.

De stichting heeft na enkele conflicten met Celeritas destijds besloten dat de club geen gebruik meer mocht maken van de kleedkamers en de kantine. De club heeft toen de beschikking gekregen van een ruimte van het naburige Optisport De Schilp. Hoe lang Celeritas nog gebruik mag maken van deze ruimte is niet bekend.

De gemeente heeft aangegeven in hoger beroep te gaan en geeft de volgende verklaring aan InRijswijk.
“Het opstalrecht van de Stichting Beheer Exploitatie Sportfaciliteiten Rijswijk loopt af op 31 juli 2024. In juni 2023 heeft de gemeente de stichting laten weten het opstalrecht niet te willen verlengen en verzocht om de opstallen uiterlijk 1 augustus 2024 leeg op te leveren. Een paar maanden geleden gaf de stichting hieraan niet mee te zullen werken, omdat zij meent toezeggingen uit het verleden te hebben voor een langer opstalrecht. 

Om oplevering af te dwingen heeft de gemeente een kort geding aangespannen, dat op 11 juni diende bij de rechtbank. De gemeente heeft op vrijdag 28 juni het vonnis van de kantonrechter ontvangen. In het vonnis heeft de rechter de door de gemeente gevorderde ontruiming van Sportpark Prinses Irene afgewezen. Volgens de rechter staat nu (nog) onvoldoende vast dat de gemeente niet het vertrouwen zou hebben gewekt dat de stichting voor een nieuw opstalrecht in aanmerking zou komen. De gemeente heeft met teleurstelling kennisgenomen van dit vonnis en gaat in hoger beroep. 

Daarnaast wil de gemeente een bodemprocedure starten om de rechtbank vast te laten stellen dat het opstalrecht en de huurovereenkomst met Stichting Beheer Exploitatie Sportfaciliteiten per 1 augustus 2024 beëindigd zijn. Hierover kon de kantonrechter geen uitspraak doen. 

De stichting heeft bij de rechter een verzoek ingediend om een voorlopig getuigenverhoor, om haar vermeende recht op langer opstalrecht te kunnen onderbouwen. Zo’n verhoor ziet de gemeente met vertrouwen tegemoet.”


Deze artikelen heeft u misschien gemist