Salzburger wonderen – Minks wekelijkse column
Ik was in Salzburg, de geboortestad van Mozart. Een beetje een overkokende toeristenstad met witte broeken en grijze kapsels.
Nou is dat toevallig ook de doelgroep die mij te beurt valt, maar het zinde me gewoon niet. Wie gaat nou op vakantie winkelen in dezelfde soort straatjes met dezelfde spulletjes als in je eigen woonplaats. En dan nog twee keer zo duur ook. Sorry, ik moest het gewoon ff kwijt.
Het Valkenburggehalte van deze stad was voor mij gewoon een beetje te hoog. Dus ik op zoek naar wat zinnigs of, zoals u wilt, iets wat mij beter paste. Een Mozartconcertje voor viool en spinet, klavecimbel of cembalo of zo;-)
Ik was als eerste binnen om verzekerd te zijn van een goede plek met zicht. Na mij stapte er een jongentje van een jaar of 12 binnen. Hij stelde allerlei vragen. Leuk gozahtjuh en reuze geïnteresseerd. Het zaaltje vulde zich en hij sprak ongedwongen met elke nieuwkomer. Hij speelde cello en vond klassiek prachtig. Terwijl hij het hele concert met aandacht en meewiegend hoofd volgde, hadden zijn aanwezige leeftijdsgenootjes er al gauw genoeg van.
Twee getalenteerde jongelui deden het concert met evenveel enthousiasme als het meewiegende manneke. Na afloop speelde hij als gast een stukje viool. De strijkstok vloog over de snaren alsof Paganini hem op de hielen zat. Dit ventje was echt goed. Had ik zojuist een nieuw Mozartje ontmoet???
Na het concert buitenkomend was er als donderslag bij heldere hemel een jagend zomeronweer losgebarsten op dit Salzburger Domkwartier. Ik, sinds kort in een dunne linnen zomeroutfit, zag de bui al hangen; mijn doorweekte kleding, zou plakkend doorzichtig mijn enorme bierbuik onthullen.
Ik was verdomme net mijn sluimerende minderwaardigheidscomplex aan het terugdringen met dit luchtig textiel, dat mij zo goed uit de verf deed komen. Schuilen onder een barokke poort van het Aartsbisschoppelijk paleis klonk plots een kristalhelder engelengezang. Plotseling zag ik haar, het type Kate Bush, met ook zo’n flodderige dunne zakdoekenjurk en de stem van een nachtegaal. Ze stapte vanachter een pilaar vandaan terwijl ze O mio babbino caro van Puccini zong. Prachtig, en als ze zich bewoog viel die jurk zo mooi om haar soepele lijf. De sproeiregen joeg onder de poort door maar ze ging ongestoord en met passie verder, het was top. Dus laat de Mozartkugeln maar zitten.
De twee Salzburger wonderen die ik zag zijn voor mij zeker genoeg.
Tekst: Mink Out. Bundel verkrijgbaar op: www.conckshop.nl